Friedensroute

Audio

Text

Vrouw: Oh, ik krijg er altijd de rillingen van, als ik zo de hoeven uit de verte hoor komen.

Jongen: Maar moeder, het zijn toch maar de postruiters!

Vrouw: Ik weet het, maar toch heb ik er slechte herinneringen aan. Twaalf jaar geleden besloten de Zweden, dat wij de postruiters 300 goudgulden moesten betalen. Maar we hadden zelf alleen nog maar geld voor het nodigste! Wederom hadden de huursoldaten alle landsheren in de omgeving Glandorf tot op het bot geplunderd. Ze stopten niet bij onze bezittingen: ze vergrepen zich ook nog aan de dochter van het hof Schultewerth, wat de jongens uit het dorp niet konden verkroppen. Vanuit een hinderlaag namen ze de ervaren soldaten onder schot. Maar de Zweden namen wraak, en brandden uiteindelijk heel Glandorf af. Zelfs de kerk! De wind blies de rook tot aan Schwege.

Jongen: Maar de kerk staat er toch weer?

Vrouw: Ja, we lieten ons onze kerk niet afpakken door dit godverlaten volk! Maar de brand heeft littekens achtergelaten, die je ook nu nog kunt zien. Het oude stompje van de toren heeft een ander kleur van de rest, die we later heropgebouwd hebben.

Jongen: Daarom de twee kleuren op de kerktoren!

Vrouw: En nu kan ik het getrappel van hoeven niet meer horen. In de bijbel staat toch, dat God gewelddadige mensen met zijn woord als stok zal straffen? Ik heb van een handelaar gehoord dat er ten noorden van Osnabrück een heuvel is, waar om middernacht drie doorzichtbare figuren in aparte trachten een potje zitten te kaarten, tot ze ruzie krijgen met elkaar. Daarna zouden ze ieder hun sabel trekken, en elkaar neersteken. En als dat gedaan was, beginnen ze weer opnieuw. De drie zouden soldaten zijn, die door hun wandaden maar niet tot rust konden komen. Misschien zijn het de Zweden, die ons twaalf jaar geleden overvielen.

Postruiter: Beste mensen. Ik heb een mooie boodschap te verkondigen: wees dankbaar en prijs de Heer: vrede is gesloten!

Jongen: Moeder, hoor je het? Vanaf vandaag zijn paardenhoeven geen slecht omen meer!

Vrouw: Bedankt, beste ruiter! God zegen U! Kom, zoon, we gaan naar het dorp en vertellen het aan de anderen!